Windhoos
Soms ziet men aan de onderzijde van een wolk op slurven gelijkende uitsteeksels. De slurven, die in een punt uitlopen, worden steeds langer tot ze zich in de lucht oplossen of tenslotte het aardoppervlak bereiken.
Op de plaats waar dat gebeurt, lijkt het of zich plotseling uit het water een zuil verheft of op het land een stofwolk oprijst. Het zijn stof- en waterhozen, die in de zomer voorkomen.
Een waterhoos is een windhoos/tornado boven water. Ze hebben geen zuigende of exploderende krachten. Water blijft gewoon in het zwembad. De lucht in de tuba gaat naar beneden. Schade treed op door de windbelasting met windsnelheden van zelfs 500 km/uur (139 m/s).
In het Nederlandse klimaat komt het jaarlijks tot windhozen. We spreken van een windhoos als de circulatie van een trechtervormige wolk onder een bui, tot aan het aardoppervlak weet door te dringen. Voor een windhoos zijn felle buien noodzakelijk, Een Nederlandse windhoos zou men in Amerika een tornado noemen.
Gewoonlijk zijn ze in ons land ongevaarlijk, maar een enkele keer hebben ze zo’n omvang, dat ze aanzienlijke schade aanrichten.
Tornado
In Nederland bereikt een windhoos zelden de kracht van een Amerikaanse tornado. In de 20e eeuw gebeurde dat slechts enkele malen.
Tornado’s worden ingedeeld volgens de schaal van Fujita. Deze schaal loopt van F0-F5 en werd door de Japanse meteoroloog en natuurkundige Ted Fujita opgesteld. Hij baseerde de schaal op de optredende schade in de kern van de tornado gekoppeld aan de maximaal optredende en mogelijke windsnelheden. Deze oorspronkelijke schaal is inmiddels verouderd. In plaats daarvan wordt sinds 2007 de Enhanced Fujita Scale (EF Scale) gebruikt. Ontwikkeld om tornado's in te delen aan de hand van de schade die ze aanrichten.
Bij deze schaal wordt ook rekening gehouden met de kwaliteit van bouwconstructies. Ook heeft men gevonden dat lagere windsnelheden al de door de schaal gedefinieerde schade veroorzaken.
F0: 064-116 km/h. EF0: 105-137 km/h. Lichte Tornado. Lichte schade.
Takken breken af ondiep gewortelde bomen waaien om.
F1: 117-180 km/h. EF1: 138-178 km/h. Matige tornado. Matige schade.
Caravans kunnen omslaan. Auto’s worden van de weg gedrukt.
F2: 181-253 km/h. EF2: 179-218 km/h. Tornado van betekenis. Aanzienlijke schade.
Bomen worden ontworteld. Schade aan huizen.
F3: 254-332 km/h. EF3: 219-266 km/h. Zware tornado. Ernstige schade.
Treinen slaan om
F4: 333-418 km/h. EF4: 267-322 km/h. Zeer verwoestende tornado. Zeer zware schade.
Huizen worden opgetild. Auto’s waaien weg.
F5: 419-512 km/h. EF5 > 322 km.h. Zware tornado. Catastrofaal.
Huizen auto’s vliegen 100 meter of meer door de lucht, Grote metalen constructies worden verbogen.
Voor het ontstaan van een tornado is het zwaarste type onweersbui nodig dat we op aarde kennen: de supercell.
Een supercell is kort gezegd een zware onweersbui die een eigen circulatie weet te ontwikkelen. Daarvoor zijn voldoende vocht en warmte nodig, maar ook interactie met de bovenlucht is essentieel. In de stijgstroom gaat de warme lucht spiraalsgewijs met grote snelheid omhoog. Ook de daalstromen uit de enorme bui bevatten rotatie. In het hart van de bui ontstaan in feite een zeer compact maar goed ontwikkeld lagedrukgebied.
Zulke situaties doen zich vooral voor in de nabijheid van ofwel een koufront, dan wel een buienlijn op een convergentielijn.
Nederland
Een Tornado trof bijvoorbeeld in 1925 het plaatsje Borculo, waarbij het grootste deel van het dorp werd vernield. Deze windhoos ontwikkelde zich tot een cycloon, de beruchte cycloon van Borculo.
In de tweede wereldoorlog ontwikkelde zich boven het IJsselmeer een bui met maar liefst elf slurven.
Windhoos / Tornado in Nederland enkele met dodelijke slachtoffers traden op bij:
01/08/1674: Utrecht. Tornado met enorme ravage.
19/08/1845: Zevenbergen. Windhoos met veel schade waarbij drie doden te betreuren waren.
10/08/1925: Borculo. Tornado grootste gedeelte van het dorp werd vernielt. 4 doden.
01/07/1927: Neede. Tornado met veel schade. 10 doden
23/08/1950: F3-F4. Kootwijk en de Veluwe. Tornado met veel schade aan de bossen over een lengte van 46km.
27/03/1966: Winterswijk. Windhoos richt veel schade aan.
25/06/1967: F3. Oostmalle, Chaam en Tricht. Windhoos volgens KNMI zwaarste ooit in Nederland. 7 doden.
11/08/1972: Ameland. Een windhoos over Ameland en ongelukkigerwijs juist over de camping bij Nes. Er stond geen caravan meer overeind. 2 doden.
03/10/1977: Aalten. Windhoos vernielt een kapitale boerderij.
06/10/1981: Moerdijk. Windhoos treft vliegveld waarbij een F28 Fellowship verongeluk. 17 doden.
17/07/1987: Oldenbroek. Windhoos trok een spoor van verwoesting door de bossen. Vele boerderijen en kassen gingen tegen de vlakte, vee werd meegesleurd.
11/08/1992: Ameland. Tweede keer een zware windhoos over camping bij Nes. 1 dode.
03/08/1997: Hoogvliet en Spijkenisse. Windhoos met veel schade.
09/09/1998: Apeldoorn - Deventer: Windhoos legde vele bomen om.
02/06/2003: Warnsveld - Vorden. Windhoos.
17/06/2004: Breda. Tornado richtte een ravage aan in de wijken Sportpark, Heusdenhout en Brabantpark.
26/06/2007: EF1, lokaal EF2. Gelderse Vierhouten.
14/07/2007: Hoogeveen. Windhoos.
04/08/2008: Grouw en Oostermeer. Windhoos.
14/07/2010: Zware valwinden in Vethuizen en Neerkant. 2 doden.
07/06/2012: Montfort. Windhoos.
04/11/2013: Wijk bij Duurstede. Tornado richtte aanzienlijke schade aan in de wijk de Horden en het industrieterrein Molenvliet.
09/07/2014: De Moer. Tornado krachtige maar korte.
24/08/2015: EF1. Wieringerwerf. Tornado met een spoor van schade vooral aan boerderijen.
04/06/2019: EF2 Tornado tussen Nijmegen en Hulsen
EF1-tornado over Haaksbergen over een gebied van circa 2 km in noordnoordoostelijke richting.
Ten minste acht tornado’s zijn deze dag geïdentificeerd in Nederland
Gustnado
Een gustnado is niets anders dan uitstromende lucht uit een buienwolk die aan de grond voor lokaal sterk draaiende beweging zorgt. Ze duren enkele seconden tot hooguit enkele minuten met een hoogte van enkele tientallenmeters.
Meestal treed de schade op aan de voorzijde van een windstotenfront van een buiencomplex.
Waarschijnlijk is hiervan ook sprake geweest op 4 juni 2019 op enkele plekken in Haaksbergen.
Orkaan
Orkaan is windkracht 12, de hoogste trap van de schaal van Beaufort. Van een orkaan is sprake als de windsnelheid gemiddeld over minstens 10 minuten 117 km per uur of meer is. Een orkaan is de gevaarlijkste storm die in ons land mogelijk is. Het is een zware storm die uitgroeit tot een superstorm, levensgevaarlijk en de schade is enorm.
Orkaankracht wordt in ons land zelden bereikt: sinds 1901 slechts op drie dagen en meestal alleen gedurende korte tijd.
Orkanen zijn hevige en gevaarlijke wervelstormen met verwoestende windsnelheden tot 300 kilometer per uur en huizenhoge golven.
Afhankelijk van het gebied waar ze ontstaan heten ze:
- Orkaan: Atlantische Oceaan en het oostelijke deel van de Stille Oceaan
- Hurricanes: Caribisch gebied,
- Tyfonen: Westelijke deel van de Stille Oceaan en de Filipijnen
- Cycloon: Zuidelijke deel van de Stille Oceaan en de Indische oceaan,
- Willy-Willie: Australië.
Dergelijke stormen kunnen ontstaan in de gebieden rond de evenaar wanneer de zeewatertemperatuur 27 graden of hoger is. De oorzaak voor het ontstaan van orkanen is de zon. Rond de evenaar warmt de zon het land en de zee sterk op. Warme luchtpakketjes stijgen naar grote hoogte tot wel 16km. Op deze hoogte kan de lucht niet verder stijgen en stroomt de lucht naar de zijkanten en uiteindelijk ook weer naar beneden. Wanneer er meerdere wolkenpartijen tot zware onweersbuien ontwikkelen, kan er een systeem van enkele honderden kilometers in doorsnede uitgroeien.
Door de draaiing van de aarde gaat dit systeem ook draaien. Een typische kenmerk van een zich ontwikkelende orkaan is het ontstaan van een oog in het midden door hele sterk dalende luchtbewegingen.
Een bijkomend kenmerk is de lage barometerstanden in het oog. Bij een categorie-5 is de luchtdruk zelfs lager dan 920 hPa. Als gevolg van deze lage luchtdruk kan het zeewater soms meer dan zes meter omhoog worden gezogen, met vloedgolven in de kustgebieden tot gevolg.
Boven land neemt de windsnelheid in de orkaan af, maar vallen er enorme hoeveelheden regen, soms honderden millimeters in luttele uren. In het 'oog' van de cycloon, met een doorsnede van 30 tot 50 kilometer, klaart het op en is het nagenoeg windstil, de stilte voor de storm. Zodra het oog voorbij is steekt de storm aan de achterkant weer op dan uit een andere richting.
In Nederland komen stormen met windsnelheden tot 300 kilometer per uur, niet voor. Wel kunnen de restanten Europa bereiken, maar dan als gewone depressies.
Als gevolg van warmer zeewater kunnen orkanen die in de Atlantische wateren tot ontwikkeling komen in de toekomst vaker naar Europa gaan afbuigen. Als gevolg van de klimaatverandering zullen orkanen wel steeds vaker noordwaarts richting Europa trekken, waar ze het weer in onze streken gaan beïnvloeden. Superstorm Lorenze (Cat-5) schampte in september 2019 de westkust van Ierland. Dit was waarschijnlijk een voorproefje van wat ons te wachten staat als het klimaat verder opwarmt.
Orkanen worden naar hun kracht ingedeeld volgens de schaal van Saffir-Simpson. Er is een classificatie ontwikkeld om onderscheid te kunnen maken tussen krachtige en verwoestende cyclonen. De schaal werd opgesteld in 1969. De schaal kent vijf verschillende categorieën gebaseerd op windsnelheid, barometrische druk en de hoeveelheid stormvloed.
1. Zwak, windsnelheid 118 – 152 km/uur.
2. Matig, windsnelheid 153 – 176 km/uur.
3. Krachtig, windsnelheid 177 – 208 km/uur.
4. Zeer krachtig, windsnelheid 209 – 248 km/uur.
5. Verwoestend, windsnelheid meer dan 248 km/uur.
|